Home 1949 Nederlands Nieuw Guinea - Inleiding - Introduction 1949 Nederlands Nieuw Guinea - Inleiding - Introduction 1950 Koningin Julian en face - Queen Juliana en face

Cijfertype ontwerp / Numerals designed by - van Krimpen

1. Overzichts-tabel

nummer waarde kleur datum uitgifte vroegste datum afbeelding
postzegels:
1 1c leigrijs 02-01-50 23-01
2 2 oranje 02-01-50 09-01
3 2 1/2 olijfbruin 02-01-50 14-01
4 3 violet 01-08-50
5 4 smaragdgroen 01-08-50
6 5 lichtblauw 02-01-50 14-01
7 7 1/2 roodbruin 02-01-50 14-01
8 10 purper 02-01-50 14-01
9 12 1/2 rood 01-08-50
verhuiskaart:
10 3c violet 19-07-50
briefkaart:
11 5c blauw 10-04-50
postblad:
12 10c purper 19-07-50


2. Beknopte Geschiedenis/Achtergrond-informatie:

De landsaanduiding was tot 1954 Nieuw Guinea, daarna pas Nederlands Nieuw Guinea.

Op 2 januari 1950 werden de eerste zegels van het cijfertype en van het "en face" type voor het publiek verkrijgbaar gesteld. Deze zegels waren alleen in Hollandia te koop; andere plaatsen konden niet tijdig van deze zegels voorzien worden. Tot 1 april 1950, de dag van de geldsanering, bleven daarom de koerserende postzegels van Nederlandsch Indië / Indonesia geldig. Op 1 augustus 1950 verschenen de 3, 4, 12 1/2 cent van het cijfertype, en de 50 en 80c "en face".

Oorspronkelijk was het de bedoeling geweest om de eerste zegels van Nieuw-Guinea op 28 december 1949 in omloop te brengen. Door problemen die samenhingen met de soervereiniteits-overdacht, heeft men blijkbaar van dit voornemen af te zien. Het overgrote deel van het PTT-personeel vertrok namelijk naar Indonesia en de noodzakelijke verbindingen ontbraken. Die problemen leidden er ook toe dat niet alle postinrichtingen tijdig bevoorraad konden worden met de nieuwe zegels.

De frankeerwaarden zijn gebaseerd op de post-tarieven van Nederlandsch Indie van 01-10-47. Pas op 01-07-51 volgde de eerste tariefs-wijziging in de nieuwe politieke constellatie. Ondertussen was [wanneer precies??] net als in Nederland de halve-cent afgeschaft.


1 cent  braille-zending t/m 1 kg [1c per kilo]; aanvullingswaarde
2    t  braille-zending 1-2kg; aanvullingswaarde
2 1/2c  aanvullingswaarde ten opzichte van de  7 1/2c en 12 1/2c
3c      binnenlands drukwerk t/m 50g [3c per 50 gr]
4c      buitenlandse drukwerk t/m 50g [4c per 50g]
        UPU-kleur: groen
5c      binnenlandse briefkaart; ook briefkaart naar Nederland,
Ned. Antillen en Suriname
7 1/2c  locale brief t/m 20g [7 1/2c per 20g] [tot 01-07-51]
10c     interlocale brief t/m 5g
12 1/2c buitenlandse briefkaart      UPU-kleur: rood
        buitenlandse brief: elke 20g boven de eerste 20g
        postwissel t/m fl 5.-

De tarieven waren in Nieuw-Guinea tot 1 juli 1951 geldig, daarna werden de 2 1/2, 7 1/2 en 12 1/2 cent overbodig. Hoewel gebruikelijk om vanaf de laagste waarde voor binnenlandse briefpost de beeltenis van H.M. de Koningin te gebruiken, werden voor alle waarden tot en met de 12 1/2c de cijfertekening gebruikt.

De postwaardestukken waren twee-talig: nederlands en maleis. Een aparte papierprijs van 1c werd berekend voor de verhuiskaart, briefkaarten, en postblad. Niet voor de luchtpostbladen [zie "En Profil"]. Met ingang van 1 september 1953 mocht het postblad bijgefrankeerd worden met 25 cent voor verzending naar Nederland, Indonesia, de Nederlandse Antillen en Suriname.

Van 2 februari 1950 tot 1 oktober 1951 mochten frankeerzegels gebruikt worden voor de kwijting van [fiscale] zegelrechten.

In verband met het aanzienlijke tekort op de exploitatie, werden met ingang van 1 juli 1951 alle posttarieven verhoogd. Daarom werd besloten om de zegels van 2 1/2, 3, 4, 7 1/2, 12 1/2 en 80c niet meer aan te maken en om de volgende nieuwe waarden in te voeren: 6, 7, 17, 30, 45, en 55 cent, en Ÿ 2.-. De eerste waarde is nooit verschenen en de zegels van 7 en 17 cent verschenen pas in 1959!

In 1955 werd besloten om de zegels van 2 1/2, 7 1/2, 12 1/2, 50 en 80 cent "zo spoedig mogelijk op te ruimen door ze te gebruiken voor frankeringen van dienstwege, zoals voor betaling door geadresseerde". Begin 1956 werd besloten de 1, 2, 5, en 10 cent niet meer aan te maken en deze zegels verder uit te verkopen. Dat laatste gold ook de 15 cent "en face", die evenals de 1, 5, en 10 cent vervangen zou worden door een zegel van de serie Paradijsvogels. [Persbericht PTT 775/21 14-02-56, PTT Nieuws Februari 1956 no. 5]

Eind 1956 1956 werd het postblad van 10 cent uit de verkoop genomen. Het postblad bleef geldig tot 1 januari 1958. Met ingang van 1 januari 1957 werd de verhuiskaart uit de verkoop genomen. Ook de verhuiskaart bleef geldig tot 1 januari 1958 [Register Besluiten PTT 21-11-56 no 559/Post]. De overige waarden bleven geldig tot en met 30 september 1962, het einde van het Nederlandse bestuur.


2.2 Interne Correspondentie:

Schrijven Adv. PTT 12-12-49 nr 5136: 1c

Schrijven Adv. PTT U en OG 22-12-49 nr 5321 Gld: 10c postblad

Schrijven Adv. PTT aangelegenheden de Unie en de Overzeese Rijksdelen betreffende 04-01-50 nr 27 ld:  3, 4, 12 1/2, 50 en 80c, 3c verhuiskaart

Schrijven Adv. PTT 07-09-50 nr 21524: 1c wordt in Nederland verkocht aan Fil.Loketten, 5c briefkaart.

Schrijven Adv. Bijzondere Overzeese PTT betrekkingen 14-07-51 nr 22176: 2 1/2,  3, 4, 7 1/2, en 12 1/2 niet meer aangemaakt.

Telefoon Adv. BOPTT 22-10-57 briefkaart 5c zijn vervallen.


3. Druktechnische gegevens:

3.1. Verschijningsvorm:

De zegels zijn verschenen in loketvellen van 10x10, met een formaat van 24 1/2x30cm2.

3.2. Druk/Drukvorm:

De zegels zijn uitgevoerd in rasterdiepdruk door Joh. Enschedé, op de velinleg Palatia, de tekening is voorzien van een raster 80. De cylinders hebben een omvang ter grootte van het drukvel: 25 1/2x30cm2 en bevatten 10x10 zegels.

De drukrichting is B, bij één oplage van de 1cent is de drukrichting afwijkend: O.

De postwaardestukken zijn eveneens in rasterdiepdruk uitgevoerd. De verhuiskaarten en de briefkaarten zijn op de velinleg Palatia uitgevoerd. De postbladen zijn gedrukt aan de rol op de Albert Frankenthal. Bij de postwaardestukken hebben de 3c verhuiskaart en de 10c postblad raster 80, echter de 5c briefkaart raster 90.

De drukvellen omvatten 40 stuks van 140x90mm [3c] of 148x105mm [5c]. De verhuiskaarten gedrukt in 2x5=10 stuks op kwartvellen briefkaartkarton 37x56cm [paradoxale aantekening op de geschiedeniskaart van de 3c verhuiskaart].

Drukrichting R voor de kaarten en L voor het postblad.


3.3. Perforatie en Formaat:

Alle zegels zijn geperforeerd op een aparte kamtandings-machine [de GROVER]. Het formaat is A = kam 12 3/4:13 1/2 16/14. Perforatiebeeld [na normering met basis naar links]: d/d/1/0 [dec'49], 1/d/d/0 [daarna].

3.4. Velrandbedrukking:

Om de velrandbedrukking leesbaar te krijgen moet het vel een kwarts slag met de klok mee gedraaid worden, ofwel genormeerd met de basis van het zegel naar links. In de genormeerde stand zien we de volgende randverschijnselen:

Telcijfers 1-10 links, 10-1 rechts van boven naar beneden.

Markeerboogje ten behoeve van de perforatie boven de zegels 5/6, en onder de zegels 95/96. Etsingnummers boven zegel 7 een Romeinse 1: 1c, 2c, 2 1/2c, 3c, 5c, 7 1/2c, 10c; een Arabische 1: 4c, 12 1/2c] resp. een Arabische 2: 1c, 5c, 7 1/2c, 10c.

Knip-tekens in de boven- of onderrand, op verschillende plaatsen.


3.5. Papier:

De zegels zijn gedrukt op plaatdruk-papier met arabisch gom. Het papierdoorzicht is IIIb, IIIds en IIId, de papierrichting↔ . De verhuiskaart is op briefkaart-karton, met doorzicht IIIb ↕, de briefkaart eveneens, echter met doorzicht 'IIIb |. De postbladen zijn gedrukt op Nederlands luchtpostbrievenpapier, met doorzicht 'I.

De UV-reactie is voor zegels als postwaardestukken gelijk: D[of].

3.6. Velpositie-kenmerken:

2 cent op zegel 17: gebroken krul, 4mm van rechts, 3mm van onderen.

Dit kenmerk moet op het verzamel-diapositief gezeten hebben omdat het ook voorkomt bij etsing 2 [UNTEA].

4. Oplagen:

4.1 Oplagen- en bestellingen-cijfers:

   bestelling            aflevering
nr BOPTT  datum aantal 1e afl.  gaaf knip [pos.] ets. druk- papier
                                               nummer richting
1c
 721       03-12  2.500 13-12-49  2.391   1         I    B  IIIb
 267       06-03  3.500 26-04-51  3.357   8 [92]    2    O  IIId
                                  -----
                                  5.748
2c
 722       03-12  2.500 13-12-49  2.307   2         I    B  IIIb
 877       25-04  2.500 17-05-50  2.353   4 [2,99]  I    B  IIIds
 420       30-07  3.500 13-09-51  3.275   3 [8]     I    B  IIId
                                  -----
                                  7.935
2 1/2c
 723       03-12  2.500 13-12-49  2.379   3 [98]    I    B  IIIb
 268       06-03  3.500 13-04-51  3.409  12 [92]    I    B  IIId
                                  -----
                                  5.788
3c
 761       09-01  2.000 10-03-50  1.880  13 [1/2]   1    B  IIIb

4c
 762       09-01  2.000 06-03-50  1.853  14 [99]    1    B  IIIb

5c
 724       03-12  2.500 14-12-49  2.280   4         I    B  IIIb
 878       25-04  3.500 17-05-50  3.373   5         I    B  IIIds
 421       30-07  3.500 13-09-51  3.377  7 [8/9,93] 2    B  IIId
                                  -----
                                  9.030
7 1/2c
 725       03-12  2.500 13-12-49  2.313   5 [2]     I    B  IIIb
 269       06-03  3.500 16-04-51  3.365  11 [2/3]   2    B  IIId
                                  -----
                                  5.678
10c
 726       03-12  2.500 14-12-49  2.309   6         I    B IIIb
 270       06-03  5.500 13-04-51  5.337  10 [8]     I    B IIId
                                                    2    B IIId
                                  -----
                                  7.646
12 1/2c
 763       09-01  3.000 06-03-50  2.900  15 [99]    1    B IIIb


4.1 Oplagen- en bestellingen-cijfers [vervolg]:

   bestelling            aflevering
nr  BOPTT  datum  aantal  1e afl.  gaaf          druk-   papier
                                              richting

verhuiskaart 3c:

 767 04-01 09-01   6.600 10-03-50   6.385          R    IIIb |

briefkaart 5c:

 733 12-09 03-12  23.000 12-12-49  22.340          R   'IIIb |
 885 20-04 25-04 110.000 19-05-50 107.400

postblad 10c:

 766 22-12 09-01 124.000 21-03-50 121.204          L     'I(!arr_lr)

4.2. Groepen en varianten:

A = papierdoorzicht IIIb,  periode december 1949 - maart 1950

        1, 2, 2 1/2, 3, 4, 5, 7 1/2, 10, 12 1/2 cent

B = papierdoorzicht IIIds, periode mei 1950

        2, 5 cent

C = papierdoorzicht IIId,  periode april 1951- september 1951

        1, 2. 2 1/2, 5, 7 1/2, 10 cent

4.3.  Kleurnuances:

1c      de eerste oplage iets grijzer, de latere blauwer.
2c      van donkeroranje naar lichter oranje.
2 1/2c  de tweede oplage iets groener.
5c      de derde oplage iets donkerder dan de eerste en tweede.
7 1/2c  de eerste oplage een lichter roodbruine kleur.



5 Verzending en verbruik:

5.1. Verzending postwaarden:

verhuiskaart 3c:

08-04-50   5.000
23-05-50   1.019
restant      366

briefkaart 5c:

23-12-49  20.000
23-05-50   1.973
23-05-50 107.400
restant      367

postblad 10c:

08-04-50 100.000
23-05-50  12.834
29-06-50   8.000
restant      370

5.2. Verbruik totaal postzegels [in vellen van 100 zegels]:

       NNG         Filatelie-loketten
verstr. ret. verk. verstr. ret.  verk. tot. verniet. derden anders
                                       verk.
1c
 5.375  1.945 3.430 2.276   38  2.238  5.668    51    29
2c
 7.510    371 6.299   784   20    764  7.063     4    28     840
                                                           UNTEA
2 1/2c
 5.420    380 5.040   739   20    719  5.759     3    26
3c
 1.520    205 1.315   561   18    543  1.858     3    19
4c
 1.500    200 1.300   548   20    528  1.828     5    20
5c
 8.501     53 7.838   590   39    551  8.389     1    30     610
                                                          W'snood
7 1/2c
 5.360    345 5.015   654   23    631  5.646     -    32
10c
 7.302    245 7.057   594   31    563  7.620     2    24
12 1/2c
 2.550    225 2.325   565   19    546  2.871     3    26

De kolom "anders" ontstaat door het verschil tussen in NNG
verstrekt, retour en verkocht.

5.3 Verbruik uitgeplitst naar jaar [in vellen van 100]:

         1     2    2 1/2   3     4     5    7 1/2   10   12 1/2
  jaar

naar NNG:

1949    2.000 2.000  2.000              2.000 2.000  2.000
1950    2.000        1.500 1.500  3.000              2.500
1951    3.300 3.500  3.400    20        3.500 3.300  5.300   40
1952       75    10     20                  1    60      2   10

uit NNG:

1950              6                        33
1952      125    75     90    65    65           75     75   50
1953      250                                    20
1954      770    70     70    70    70     20    50     70   70
1955      400    70     70    70    65           50     60   50
1956      400   150    150                      150     40   55

naar fil. loketten:

1950      362   332    322   310   310    314   303    303  310
1951       81    61     61    32    32     61    60     52   32
1952      129    78     67    52    52     58    59     55   42
1953      208    33     23    20    21     24    22     21   17
1954      663    47     44    50    31     33    33     20   28
1955      446    76     76    78    83     74    72     87   74
1956      249    96     71    19    19     14    44     47   43
1957       55    55     55                 12    15      9    9
1958       32     6     17                       21          10
1959       24            3                       25
1960        9
1961       18

terug van fil. loketten:

1950      12    12     12    11    11     13    13     13    12
1951       6     6      7     6     6      7     7     15     6
1952             1      1           1                   1
1953                          1     1                         1
1954      15     1
1955       5                        1      1     3      2
1956                                      18

vernietigd:

1951       1     1      1     1     2                         1
1952             2      2           1      1            1
1953                          1     1                         1
1954             1            1     1                   1     1
1956      50


Copyright © Printing Matters (Contact Rein Bakhuizen van den Brink)
Last updated on 12 oktober 2012

Home 1949 Nederlands Nieuw Guinea - Inleiding - Introduction 1949 Nederlands Nieuw Guinea - Inleiding - Introduction 1950 Koningin Julian en face - Queen Juliana en face