Home Stadswapen-serie deel twee - op gecoat papier - 1969 Coating Gomsoorten

Papierdoorzichten

Bij het tegen het licht houden van de zegels, en vaak beter als met strijklicht gewerkt wordt zodat het licht schuin op het papier valt, is over het algemeen nog een afdruk te zien van het gaas waarop het papier in de fabriek werd gemaakt. Deze afdruk wordt ook wel zeefmarkering genoemd. De zeefmarkering heeft verschillende vormen afhankelijk van de manier waarop het gaas geweven is: met een linnen-binding, met een satijn-binding of met verschillende kepers.

De linnen-binding was erg populair voor de tweede wereld-oorlog, doch is na de oorlog bijna in de hele wereld vervangen door keper-bindingen. In de jaren 70 zijn ook deze bindingen vervangen door tamelijk ingewikkelde bindingen die slechts mogelijk werden door het gebruik van kunstvezels voor het gaas in plaats van metaal.

Bij de Israelische zegels komt de linnen-binding niet voor, wel de modernere soorten.

Doorzichten IIIb, IIId, 'IIIb en 'IIId

Dit zijn de eenvoudige keper-bindingen [zie tekening], IIIb en IIId zijn elkaars spiegelbeeld om de as van de papierrichting. Het buigt goed om die as mede dankzij de soepelheid van het zogenoemde dunne papier.

De ongecoate papiersoorten hebben overwegend IIIb en IIId [met watermerk als IVb en IVd genoteerd], de gecoate papiersoorten meestal 'IIIb of 'IIId, m.a.w. de coating is aangebracht op de zeefzijde.

Ook dit verschijnsel is algemeen en terug te vinden bij ondermeer de Nederlandse resp. Engelse zegels sinds 1960/61.

De gecoate variant komt voor met zeer duidelijke glansdiagonalen -45/45 rond 1969.


Papierdoorzicht IIIx
Niet duidelijk is of het hier gaat om een satijn-binding. Bijna altijd te vinden in combinatie met het zogenoemde dikke papier. Het papier is vrij stug en buigt nauwelijks om de as van de papierrichting. Als eerste gelegenheidszegels vinden we de 1974 Schrijversbond-zegels.
Papierdoorzicht III+
Vermoedelijk een keper-binding met gebruikmaking van kunststof gaas.
Komt uitsluitend voor bij het Harrison papier uit 1975. Het doorzicht bestaat uit een vrij grof gaas: 24/20 of 26/22 draden per strekkende cm horizontaal/verticaal. Dicht op elkaar staande diagonaal van -30, en wijd uit elkaar staande diagonaal van +60.
Een van de fraaiste doorzicht-typen. Komt ook bij de Nederlandse zegels voor in 1972 [24/20] of in 1975 [26/22]. Alleen bekend van Harrison papier.
Komt bij de Israelische zegels voor:
Stadswapen 0.10
oplage mei 1975
Landschap 0.05, 0.35, 0.50, 1.70
oplagen maart/mei 1975
Voor de Gevallenen
uitgegeven 10.04.75
Pioniervrouwen
uitgegeven 05.08.75
Nieuwjaar
uitgegeven 05.08.75
Papierdoorzicht IIIr
Een speciale vorm van doorzicht IIIb waarbij de horizontaal lijnen zo duidelijk zijn dat gesproken wordt over geribbeld papier. Overwegend bekend van offset-papier gebruikt door Lewin-Epstein:
1973
Chagall
1973
Gevallenen
1973
Makkabiade
1973
Jeruzalem 73
1974
Schrijversbond [Staatsdrukkerij]
1974
Arbeidersjeugd
1974
Schilderijen

Naderhand ook terug bij rasterdiepdruk-papier voor de Staatsdrukkerij in 1976:
  • 0.10 Stadswapen drukdatum 300376
  • 0.15 Landschap drukdatum 031176
  • 0.50 Landschap drukdatum 210776
Papierdoorzicht IIIa resp. IIIs
De eerder genoemde ingewikkelder weefsel-bindingen.
Papiersoort IIIa heeft in Nederland het Harrison-papier bekend gemaakt, de duidelijk om en om zichtbaardere horizontale lijnen, en het symmetrisch karakter van de diagonalen -30/30 a' -40/40.
In Israel aanvankelijk voorkomend in offsetpapier, eind 1974 bij Lewin-Epstein, vanaf april 1976 ook in rasterdiepdrukpapier van de Staatsdrukkerij, in beide gevallen steeds met synthetische gom.
Vanaf 1976 na de herinvoering van het Harrison-papier [Pioniers 23-12-76] vrij algemeen.
De IIIs-variant met symmetrische steile doorzichtdiagonalen komt in de periode 1978/80 voor op Harrison-papier, weer geheel zoals ook in Nederland.

Copyright © Rein Bakhuizen van den Brink
Last updated on 16 mei 2010

Home Stadswapen-serie deel twee - op gecoat papier - 1969 Coating Gomsoorten